Publicatiedatum: 16-12-2025

Tekst en foto’s: Ton van den Born

“Regeneratieve landbouw is lastig voor onze studenten”, zeggen Carin van Wissen, docent bedrijfseconomie, en Petra Commijs, docent melkveehouderij bij Yuverta in Houten. Er is bij mbo’ers veel druk vanuit de groep of de ouders om door te gaan op de manier zoals ze altijd deden. Een nieuwe richting inslaan doe je niet zomaar.

Over een kwartiertje begint de vijfde onderwijsdag natuurinclusief. Er zijn maandag 8 december zo’n honderd mensen naar HAS Green Academy in Den Bosch gekomen. Van Wissen en Commijs hopen dat ze veel informatie krijgen vandaag, concrete kennis die een natuurinclusieve aanpak in de landbouw voor studenten aantrekkelijker maken.

7 vinkjes

Die informatie komt uit lezingen en workshops. Bijvoorbeeld uit het verhaal van Hanneke van Ormondt, directeur biodiversiteit bij Urgenda. Want bij Urgenda loopt er sinds 2019 een uitgebreid programma om een andere landbouwaanpak te realiseren.

"Urgenda wil ook bijdragen aan transitie"

Nadat Urgenda een rechtszaak tegen de Nederlandse staat had gewonnen - de Hoge Raad oordeelde dat de overheid verplicht is de uitstoot van broeikasgassen met minimaal 25 procent te verminderen – wil de organisatie ook zelf bijdragen aan transitie.

Ze gooiden het roer om, met meer focus op landbouw en biodiversiteit. Dat is als je kijkt naar de cijfers die Van Ormondt toont, hard nodig. Nederland staat onderaan in Europa als het gaat om waterkwaliteit. We eten relatief weinig groenten, maar 79 procent van die groenten bevat residuen van pesticiden. Met kwalijke gevolgen voor gezondheid en zorg.

Urgenda pleit voor andere keuzes in de landbouw. Van het Nederlandse landbouwareaal is nu 73 procent niet in gebruik voor directe menselijke consumptie, maar voor veevoer: grasland, snijmaïs, voederbieten. Slechts 10 procent van het land levert direct voeding voor mensen. Ook vind je in 40 procent van de kassen sierteelt.

Het kan anders, toont Urgenda's rapport 'Land in Zicht'. Nederland kan zichzelf voeden van de eigen landbouwgrond als we anders gaan eten en telen. Als we tweederde van onze eiwitten uit plantaardige bronnen halen in plaats van dierlijke. Als we op veel grasland zonnebloemen verbouwen, of peulvruchten en granen in plaats van snijmaïs. En als we echt de waarde erkennen van een gezonde bodem, biodiversiteit en een duurzaam voedselsysteem.

Hanneke van Ormond, directeur biodiversiteit bij Urgenda

Urgenda is verschillende projecten gestart, met onder meer geld uit donaties, overheidsfinanciering en fondsen. Zo is er de campagne 1001ha die boeren oplossing biedt om te werken aan stikstofreductie en biodiversiteitsherstel. Een onderdeel daarvan is een project waarin Urgenda 1.800 boeren helpt laagdrempelig te experimenteren met kruidenrijk grasland. Verder besparen akkerbouwers op kunstmest met groenbemestermengsels. Er is een project voor klaver onder graan, een methode uit de biologische landbouw. En er is een project voor agroforestry, met 184 boeren. LTO is betrokken en veel boeren zijn enthousiast; het overgrote deel wil na een proefperiode graag door op deze wijze.

Het nieuwste bij Urgenda is het 7-vinkjes-project. Boeren krijgen tien jaar lang 1.000 euro per hectare voor natuurinclusief werken. Dit kost maximaal 1,8 miljard euro per jaar, aldus Van Ormondt. Lijkt veel, maar het valt volgens haar best mee als je kijkt naar de opbrengst aan biodiversiteit, natuurherstel en bodemregeneratie. "Het project werd positief ontvangen”, zegt ze, maar er was geen startplan. “We dachten: dan moeten we het maar zelf proberen.” Ze zijn met twintig boeren gestart, elk met 30 hectare (het maximum waarmee boeren kunnen deelnemen). Gevolgen voor bodemdieren en vlinders worden nauwkeurig gemonitord.

Natuurlijke kleurstoffen

Niet alleen bij Urgenda, maar ook in het groene onderwijs gebeurt veel. Daarvan getuigen vandaag onder anderen Judith van de Mortel, lector ‘levende bodem werkt’ bij HAS Green Academy, en Ruud Hendriks, practor kringlooplandbouw op de Warmonderhof in Dronten.

Judith van de Mortel, lector levende bodem werkt

Voor beiden begint het bij de bodem. “Maar we denken te weinig na over hoe we die bodem moeten onderhouden”, zegt Van de Mortel. “Toch vragen ondernemers ons: wat kost me een investering in duurzaam bodembeheer?”

“Wormen zijn een soort van signaalgevers die laten zien hoe het met de bodem gaat”, legt Hendriks uit. Hij is ook docent bodemvruchtbaarheid. Hendriks laat plaatjes zien van weidevogels zoals de grutto en de kievit die wormen uit de grond trekken.

Ruud Hendriks, practor kringlooplandbouw

Hij toont ook een kaartje van Nederland met plekken waar veel last van bodemverdichting is. “In de regeneratieve landbouw gaat het om herstel van de bodem”, zegt Hendriks. “Boeren gebruiken technieken die de gezondheid van hun land verbeteren. Zoals gecontroleerde begrazing en ploegen met aandacht voor de bodemstructuur.”

"We denken te weinig na over hoe we die bodem moeten onderhouden"

Het verhaal van Claudy Jongstra, een ondernemer-kunstenaar die wandkleden kleurt met natuurlijke verfstoffen, is een heel andere ingang voor natuurinclusieve landbouw. Planten die sterke kleurstoffen leveren zoals wede, meekrap en indigo-soorten ondersteunen vaak de biodiversiteit, kunnen goed samengaan met deze vorm van landbouw en kunnen boeren aan extra inkomsten helpen. Bovendien zijn er de schapen die de wol leveren voor de wandkleden van Jongstra. De schapenhouderij kan ook heel natuurinclusief.

Claudy Jongstra

Jongstra’s carrière kreeg een boost na een opdracht om kostuums te ontwerpen voor de film Starwars, in 1999. Ze maakte honderden jacks van schapenwol, vertelt ze. Nu kun je haar wandkleden vinden in publieke ruimtes zoals bij ITA in Amsterdam of een bibliotheek in Philadelphia. Haar naam is een internationaal merk geworden.

Vervolg op onderwijsdag

Carin van Wissen, de Yuverta-docent, was naar een workshop over verdienmodellen. Ze had er ietsje meer van verwacht. "Wat levert het op als je overschakelt op natuurinclusieve of regeneratieve landbouw?" vraagt ze. "Dat bleef nog wat vaag."

Workshop verdienmodellen

Maar mogelijk perspectief voor antwoorden die studenten wel of meer kunnen aanspreken, is dat er vervolg komt op de onderwijsdag. Ine Sturkenboom, practor natuurinclusieve landbouw, en Margriet Goris, onderzoeker bij Wageningen UR, vertellen dat nu de Greendeal Natuurinclusieve Landbouw na vijf jaar afloopt natuurinclusief en regeneratief samen verder gaan. Bij Groenpact hebben behalve hbo en Wageningen UR ook alle groene mbo's uitgesproken dat ze daaraan graag meedoen.

"Natuurinclusief, regeneratief, biologisch: wat voor jouw bedrijf werkt is telkens anders"

"Er is veel overlap," zegt Sturkenboom. "Ook met biologische landbouw, de derde pijler. Hooguit een andere insteek, want bij natuurinclusief gaat het erom dat je de ruimte die de natuur geeft, benut. Bij regeneratief staat herstel centraal: de bodemvruchtbaarheid weer op peil. En in biologische landbouw gebruik je bijvoorbeeld geen kunstmest. Wat voor jouw bedrijf werkt is telkens anders; je kunt er geen recept op zetten."

Skûtsjes

Met drie woorden ten slotte – samen, stapjes en skûtsjes – is de dag samen te vatten.

Het woord ‘samen’ komt van Reggy van der Wielen, voorzitter van het College van Bestuur van HAS Green Academy. Hij wil vanuit zijn school met partners werken aan een toekomstbestendig voedselsysteem, een groene toekomst, en vooral ook een transitie naar natuurinclusief. ‘Samen’ zegt ook iets over de insteek van de dag. Het draait immers om ontmoeten, inspireren en mensen zien. Te ervaren dat als jij werkt aan transitie naar een andere landbouwaanpak, je niet alleen staat in je onderwijs of buiten dat onderwijs.

Het woord ‘stapjes’ hoor ik van Ger van Laak, dagvoorzitter. Zo’n transitie naar een andere landbouwaanpak is immers niet iets van vandaag op morgen. Het betekent dat mensen overtuigd worden van de waarde van natuurinclusieve of regeneratieve landbouw, van de noodzaak en urgentie van een aanpak die goed is voor bodem en biodiversiteit.

Verder wil iemand met skûtsjes van Friesland naar Amsterdam– in plaats van met trekkers naar Den Haag. Dit is een van de voornemens die deelnemers aan het eind van de dag uiten. Een ander wil de beemsterboeren informeren over de mogelijkheden van natuurinclusief. Een derde wil zich verdiepen in de vraag hoe je mbo'ers meekrijgt ‘van traditioneel naar arbeidsgeluk’.

De inzet van de skûtsjes beoogt de band tussen platteland en stad te herstellen en de verharding te doorbreken. Wantrouwen en weerstand tussen boeren en consumenten werkt immers niet; ze hebben elkaar echt nodig wil transitie een succes zijn.

Meer lezen?

Abonneer je dan op onze Nieuwsbrief. Je ontvangt elke maand een selectie van de nieuwste ‘Groen in Actie’ verhalen, nieuws en events.

Gerelateerde artikelen:

Terug naar boven